Belangrijke impact
Dat doet ze niet zonder reden. Volgens de organisatie kan de return per dollar geïnvesteerd in een strategie rond digital health oplopen tot drie dollar. Hoe? Doordat zo'n strategie leidt tot betere outcomes op het vlak van gezondheid, minder over- en ondergebruik van zorg en minder verkeerd gebruik van zorg.
Die betere "prestaties" vloeien vooral voort uit een verbetering van allerhande processen, stelt de OESO. Bijvoorbeeld de manier waarop we zorg toedienen, omgaan met chronische aandoeningen (van preventie en behandeling tot management), zorgverleners en patiënten ondersteunen, noem maar op.
Digital health readiness
Het gebruik van digital health "overkomt" een land niet zomaar. Een zorgsysteem moet eerst voldoende digital health ready zijn opdat digitale toepassingen er op grote schaal kunnen doorbreken en impact genereren.
Dat geldt zowel voor het primaire gebruik van digitale tools (i.e. gebruik door individuele zorgverleners en patiënten) als voor het secundaire gebruik (i.e. gebruik voor population health management, R&D, evidence-based policy, etc.)
In haar rapport lijst de OESO vier dimensies op voor de beoordeling van de digital health readiness van landen. Hoe goed of slecht zorgsystemen scoren op elk van de dimensies, bepaalt in welke mate ze troeven van digital health kunnen benutten in de praktijk.
(lees verder onder de figuur)

Samengevat komen de dimensies hierop neer:
- Analytische paraatheid: de mate waarin een zorgsysteem analyses kan ontwikkelen en inzetten om gezondheidswinst te bekomen voor individuele burgers, gemeenschappen en de algehele bevolking. Denk bijvoorbeeld aan de ontwikkeling en uitrol van verantwoorde AI-oplossingen om zorgverleners te ondersteunen bij routinetaken of bij het stellen van diagnoses.
- Dataparaatheid: de mate waarin kwalitatieve data verzameld, geraadpleegd en gebruikt kunnen worden in analyses om de zorg, de volksgezondheid, het zorgsysteem en R&D te verbeteren. Denk bijvoorbeeld aan een beleid dat maatregelen rond gegevensbescherming, de-identificatie, toegang tot data en datakoppeling combineert.
- Technologische paraatheid: de mate waarin technologieën aanwezig zijn die de veilige invoer, opslag en verplaatsing van data mogelijk maken. Dat gaat bijvoorbeeld om interoperabiliteit (zowel op technisch als op semantisch vlak) waardoor systemen veilig maar vlot met elkaar kunnen communiceren.
- Menselijke paraatheid: de mate waarin het ecosysteem van digital health over voldoende middelen beschikt en voldoende veerkrachtig is om schokken op te vangen. Cruciaal daarbij zijn de aanwezigheid van vertrouwen en van digital health literacy bij de verschillende stakeholders.
Indicatoren
Voor elk van die vier dimensies vallen verschillende indicatoren te ontwikkelen om de efficiëntie en doeltreffendheid van zorgsyetemen te meten.
In haar rapport verzamelt de OESO al een eerste lijst van mogelijke indicatoren (zie onder), maar ze voegt eraan toe dat het overzich onvolledig is en dat meer onderzoek nodig is naar goede indicatoren.
(lees verder onder de tabel)

Hoe scoort België?
In haar rapport evalueert de OESO de digital health readiness van de verschillende OESO-landen. Dat doet ze aan de hand van twaalf indicatoren (drie indicatoren per dimensie).
België scoort goed op drie van de twaalf indicatoren:
- interoperabiliteit (dataparaatheid), o.a. het gebruik van internationale standaarden voor de uitwisseling health data
- certificering van producenten (technologische paraatheid), o.a. de validatie van softwarepakketten voor zorgverleners
- strategie voor de ontwikkeling van digital health (menselijke paraatheid). Kanttekening hierbij is dat slechts 3 van de 38 geëvalueerde landen over géén enkele strategie rond digital health beschikken: Letland, Mexico en Turkije
Naast die "goede punten" zijn er nog heel wat vlakken waarop we in België dringend vooruitgang moeten boeken. Denk bijvoorbeeld aan de directe beschikbaarheid van gegevens voor zorg en het hergebruik van data voor onderzoeks- en beleidsdoeleinden.
Burger onvoldoende centraal
Een ander belangrijk aandachtspunt: de mate waarin we de burger centraal plaatsen bij digitale ontwikkelingen. Bijvoorbeeld door transparant te communiceren over de performantie van (gezondheidszorg)diensten, in interactie te gaan met burgers over de gezondheidszorg, in te zetten op meer empowerment en engagement, aandacht te besteden aan de vertegenwoordiging van kwetsbare groepen, etc.
België is slechts nummer 22 van de 38 geëvalueerde landen op dat vlak...